Autoverkoop in Nederland en de rest van de eurozone

De Nederlandse autoverkoop zit in 2011 in de lift. De Europese vereniging van autofabrikanten ACEA meldt dat er in de eerste helft van het jaar 329.274 nieuwe auto’s de showroom uitreden. Dat is een heftige 21,9 procent meer dan een jaar eerder, toen dat er nog maar 270.106 waren. De best verkochte merken waren weinig verrassend: Volkswagen, Peugeot en Ford. Maar een opvallende stijger sinds 2010 is het merk Lexus. Autokopers hebben kennelijk weer geld over voor luxe.

In 2011 loopt in veel landen de nationale sloopregeling af. Die regeling werd een paar jaar geleden ingesteld om de automarkt een duwtje in de rug te geven. Bezitters van oude auto’s kregen overheidssubsidie bij de aanschaf van een nieuwe auto, op voorwaarde dat de oude auto naar de sloop ging. Goed voor de economie én goed voor het milieu.

Met de afloop van veel van die sloopregelingen komen de autoverkoopcijfers weer terug op hun oude, niet kunstmatig hoog gehouden niveau. En als die cijfers een afspiegeling zijn van de algemene economie, dan stemmen de Nederlandse cijfers tot optimisme. Nederland is dan ook een van de sterkere landen van de eurozone. Kijken we naar andere sterke eurolanden, zoals Duitsland en Finland, dan zien we dat ook daar de verkoopcijfers zijn toegenomen, met respectievelijk 10,5 en 14,2 procent.

Kijken we naar de minder fortuinlijke landen, dan zien we hele andere cijfers. In Spanje bedroeg de verkoop bijvoorbeeld een nogal magere 442.217 vierwielers. Dat is maar liefst 26,8 procent minder dan een jaar eerder. Ook in Portugal is het kommer en kwel met een miezerig aantal van 91.905 nieuwe auto’s, een afname van 20,3 procent. Griekenland spant echter de kroon met 43,9 procent minder auto’s dan in de eerste helft van 2010. Daar werden slechts 55.275 auto’s verkocht. Onder de crisislanden laat alleen Ierland cijfers zien die tegen de trend ingaan met een toename van 14,2% ten opzichte van 2010, maar dat kan mogelijk worden toegeschreven aan het feit dat de sloopregeling daar nog niet was afgelopen.

De cijfers laten zien dat het in Nederland lekker gaat qua autoverkoop, zeker vergeleken bij andere Europese landen. Ook al zal niet iedereen daar blij mee zijn, puur economisch bekeken is het goed nieuws. Niet alleen autofabrikanten en -dealers profiteren. Want van elke nieuwe auto moet af en toe een band of een voorruit vervangen worden. Onderhoudsbeurten moeten worden uitgevoerd, reparaties moeten worden verricht, wegen moeten worden aangelegd. En dat brengt allemaal werkgelegenheid met zich mee.

En zelfs voor wie juist niet van blik, uitlaatgassen en asfalt houdt zijn het positieve cijfers. Want hoe meer mensen nieuwe auto’s kopen, hoe meer oude auto’s verdwijnen. Nieuwe auto’s zijn meestal schoner, stiller en veiliger dan oude. Bovendien is een deel van al die nieuwe auto’s elektrisch. Dus per saldo is een gezonde automarkt goed voor iedereen.